Terug naar Herfsteditie

Ontwerp een regenvanger

Vang regen op, meet hoeveel er valt en ontdek hoe je met een slim ontwerp nog meer water kunt opvangen. Welke vorm werkt het best? Test, vergelijk en verbeter jouw regenvanger!

Techniek in actie: Ontwerp een regenvanger

Vang regen op, meet hoeveel er valt en ontdek hoe je met een slim ontwerp nog meer water kunt opvangen. Welke vorm werkt het best? Test, vergelijk en verbeter jouw regenvanger!

Wat ga je doen?

Je gaat zelf een regenvanger ontwerpen en bouwen. Daarmee kun je regenwater opvangen én meten hoeveel er precies is gevallen.
Door verschillende vormen en openingen te testen, ontdek je wat het meeste regenwater opvangt. Je leert ontwerpen, meten én onderzoeken, als een echte uitvinder!

Hoe werkt het?

Als het regent, vallen waterdruppels uit de lucht. Die vallen recht naar beneden, tenzij het hard waait. Met een open bakje kun je regen opvangen. Hoe groter de opening van je bakje, hoe meer druppels erin kunnen vallen.
De hoogte, breedte en vorm van je regenvanger bepalen hoeveel regen je opvangt.

In deze proef leer je hoe je regen meet (neerslagmeter), hoe vorm invloed heeft op resultaat en hoe je met kleine aanpassingen een groot verschil maakt.

Onderzoek en vergelijk

Wat heb je nodig?

  • Plastic fles of bekertje
  • Schaar
  • Meetlint of liniaal
  • Waterpas of stokje om recht te zetten
  • Eventueel: trechter, ducttape, rietje, karton
  • Stift of plakband om meetstrepen te zetten
  • Werkblad of schrift voor metingen

 

Zo ga je aan de slag:

  • Ontwerp je eerste regenvanger: kies vorm en grootte
  • Zet je regenvanger buiten (zorg dat hij niet omwaait)
  • Wacht tot het regent of gebruik een gieter als test
  • Meet na de regen hoeveel millimeter/centimeter water erin zit
  • Teken 4 neerslagmeters en geef aan hoeveel regen je hebt opgevangen. Let op de schaal aan de zijkant en de beschrijving van je type neerslagmeter aan de onderkant.
  • Maak daarna een nieuwe versie: verander de vorm of grootte van de opening
  • Zet die op dezelfde plek en herhaal de test
  • Vergelijk de resultaten: welke vanger werkt het best?

 

Denk na over:

  • Wat gebeurt er als je opening breder of smaller is?
  • Heeft de hoogte van je vanger invloed?
  • Waar stroomt het water naartoe als je geen opvang hebt?
  • Kun je je regenvanger hergebruiken?

 

Tips:

  • Gebruik een trechter of stuk karton als brede opening
  • Werk met centimeters, zodat je kunt rekenen
  • Teken een grafiekje van je metingen
  • Gebruik plakband of stenen om je vanger stabiel te houden

 

Vergelijk je resultaten

  • Vergelijk je getekende neerslagmeters.
  • Wat ontdek je?- Welke vorm ving het meeste water op?
    – Maakte de grootte van de opening verschil?
    – Welke vorm was het handigst om mee te werken?
    – Hoe zou je jouw regenvanger nog verbeteren?

Hoe werkt het?
Als het regent, vallen duizenden kleine druppels uit de lucht. Die vallen meestal recht naar beneden. Met een regenvanger kun je precies zien hoeveel regen er op een plek valt.

Hoe groot jouw opening is (de bovenkant van je regenvanger), bepaalt hoeveel druppels erin vallen. Een grote opening vangt meer water dan een kleine.
Maar ook de vorm speelt mee: is de opening rond, vierkant, trechtervormig? Sommige vormen vangen beter dan andere.

Ook belangrijk: je moet je regenvanger recht en stevig neerzetten, anders stroomt het water weg of krijg je scheve metingen.

In deze opdracht leer je hoe je regen kunt meten, hoe vorm invloed heeft op resultaat en hoe je kunt testen welk ontwerp het beste werkt.
Zo gebruik je je ontwerpvaardigheden én leer je denken als een onderzoeker.

In de techniek heet dit:

  • Oppervlakte: hoe groot is de opening?
  • Vormoptimalisatie: welke vorm werkt het best voor jouw doel?
  • Meten en vergelijken: hoeveel water komt erin?

Jouw regenvanger is dus eigenlijk een zelfgemaakt meetsysteem – net zoals echte neerslagmeters/regenmeters bij een weerstation!

Extra uitdaging: Regenmetingssysteem 2.0

Kun jij een regenmetingssysteem ontwerpen voor meerdere dagen?

➡️ Maak drie regenvangers met verschillende vormen
➡️ Zet ze op verschillende plekken (zon, schaduw, open veld)
➡️ Meet elke dag op hetzelfde tijdstip
➡️ Hou je metingen bij in een grafiek

Bedenk:

  • Welke plek vangt het meeste water?
  • Hoeveel regen viel er totaal in 3 dagen?
  • Kun jij voorspellen hoeveel je morgen vangt?

Zo leer je niet alleen ontwerpen en meten, maar ook voorspellen en analyseren zoals echte weerstations doen!

Leuk weetje

Wist je dat…

… regenmeters vroeger werden gebruikt door boeren om te weten wanneer ze moesten zaaien of oogsten? En dat moderne regenmeters zelfs druppels kunnen tellen per seconde met een sensor?