Onderzoek en vergelijk
Wat heb je nodig?
- 4 plastic bekers
- 2 rietjes
- 1 punaise of speld
- 1 potlood met gummetje bovenop
- Schaar, plakband
- Stopwatch
- Werkblad of notitieblad
Zo bereid je je voor:
- Leg alle spullen klaar op tafel
- Steek de twee rietjes kruislings door elkaar, zoals een plus (+)
- Plak aan elk uiteinde van het rietje een beker, allemaal met de opening naar dezelfde kant
- Vraag of een volwassene je helpt om een klein gaatje te prikken in het midden van het kruis
- Zet het kruis op een potlood met een gum of op een dik stukje kurk
- Zorg dat het kan ronddraaien als de wind erin blaast
Zo ga je aan de slag:
- Zet je windmeter buiten op een open plek
- Laat hem even draaien in de wind
- Gebruik een stopwatch en tel hoeveel rondjes hij maakt in 30 seconden
- Noteer je meting
- Herhaal dit op verschillende momenten of dagen
- Vergelijk je resultaten: zie je verschil?
Tips:
- Zorg dat de windmeter vrij kan draaien
- Zet hem op een plek waar veel lucht langs komt
- Gebruik steeds dezelfde tijd op de dag
- Noteer je waarnemingen netjes
Vergelijk je resultaten
Maak een tabel en schrijf links de dag en de tijd en schrijf bovenaan de locatie, het aantal rondjes in 30 sec., benoem de windkracht (zacht/hard/storm) en opmerkingen.
Denk na over:
- Op welke dag draaide je windmeter het snelst?
- Wat merk je aan de wind als het harder waait?
- Maakt de plek uit waar je hem neerzet?
- Kun je een manier bedenken om het preciezer te meten?